Trekken en stoten tot je een ons weegt!

Het Poolse Wroclaw vormt het toneel van een sportevenement dat nooit eerder op de roverskalender prijkte: gewichtheffen. Als we het doen, doen we het goed, dus pikken we meteen de zwaarste van de vijftien categorieën eruit: 105+ kilogram. We hebben het over kleerkasten van twee bij twee met een gewicht dat in werkelijkheid meestal 150+ kilogram bedraagt. Geen mietjes. Deze mannen zetten een eeuwenoude traditie voort en strijden 122 jaar na de eerste wereldkampioenschappen met stalen nek om eremetaal. Wie herinnert zich niet de heroïsche tijd van het Oude Egypte? Farao’s, priesteressen en overige godheden regeerden, maar de gewone man kon eeuwige roem verdienen met krachtsporten als worstelen en gewichtheffen. Waar Zeus en Hera de Griekse mythologie domineren, zijn het stoere arbeiders met dikke nekken geweest die de mensen in het oude Athene al trekkend en stotend plezier bezorgden. Het mag duidelijk zijn: gewichtheffen is een sport met een rijke historie.

De eerste rover die een Nederlandse gewichtheffer bij naam kent, mag zich melden voor een appelflap. Ons land kent geen traditie in deze sport en zal waarschijnlijk niet vaak de ereschavotten op grote toernooien bemannen. Toch wisten drie Nederlandse mannen een Olympische bronzen medaille te veroveren in deze discipline. Guus Scheffer en Jan Verheijen deden dan in 1928 in Amsterdam, Bram Charité in 1948 in Londen. Helden die helaas vergeten lijken te zijn. We moeten terug naar de Olympische Spelen van 1968 in Mexico om Piet van der Kruk uit Delft nog een spectaculaire 9e plaats te zien veroveren bij de zwaargewichten. Nadien geen oranje successen meer met halters en gewichten. Misschien kan de Nederlandse Armeniër Karen Tovmasjan dit jaar voor een verrassing zorgen bij de mannen tot 85 kilogram. Een echte kans lijkt hij niet te hebben, gezien zijn 10e plaats op het voorbije EK onder 23 in Israël.

De categorie waarover de rovers hun licht laten schijnen vormt het ultieme hoogtepunt van het WK. We gaan inzoomen op de echte zwaargewichten met in totaal 31 deelnemers uit voornamelijk Oost-Europese en Aziatische landen. Een stel verdwaalde Finnen, de gevaarlijke Iraniërs en een Equadoriaan kleuren het deelnemersveld tot een breed internationaal gezelschap. Het draait om trekken en om stoten. Allebei even belangrijk, want alleen het totaal telt! Een totaal van 455 kilogram was het winnende gewicht op de Olympische Spelen van Londen. Aan de rovers om hun ‘sterkste man’ te kiezen en het winnende totaalgewicht te bepalen. Zowaar geen lichte opgave!