En dan nu: de verliezers van het koningsnummer!

Die gekke Pierre was aan het eind van de 19^e eeuw een druk baasje. Naast zijn dagelijkse werkzaamheden als historicus en pedagoog richtte hij en passant nog even de moderne olympische spelen op, die in 1896 voor het eerst plaatsvonden in Athene. Zijn gevleugelde uitspraak ‘Meedoen is belangrijker dan winnen’ was helemaal niet van hem natuurlijk. Dat is een flagrante leugen, bedacht door mensen die de olympische spelen graag een gezellige met-z’n-allen-sfeer wilden geven. Pierre schijnt nog wel eens gezegd te hebben dat het leven niet alleen om de victorie draait, maar zeker ook om het goede strijden. Klinkt al een stuk stoerder als je het mij vraagt. Hoe het ook zij, zonder verliezers geen winnaars, dus het is tijd om de kansloze deelnemers op de 100 meter atletiek eens nader te bekijken. Er doen tenslotte toch geen Nederlanders mee…

De ster in baan 8 is Sogelau Tuvalu. Sprinter met buikje. Op dit plaatje van alweer ruim een decennium geleden zien we de puber uit Amerikaans Samoa zijn eigen wedstrijd lopen, ver achter de anderen. Geen olympische spelen, maar het WK. Het werd zijn laatste wedstrijd: gestopt op zijn hoogtepunt met een razendknap PR van 15.66. In Parijs zal het zo langzaam niet gaan, maar ook daar zijn zowel bij de mannen als de vrouwen een aantal zeer trage deelnemers op de startlijst te vinden. Bedenk dat de kwalificatie-eis van het IOC voor mannen 10.00 is en voor vrouwen 11.07. De nationale olympische comités hebben hier en daar wat soepeler gehandeld. Wij lichten er drie mannen en drie vrouwen uit.

Cloe David – Vanuatu 

Filomenaleonisa Iakopo – Amerikaans Samoa

Sydney Francisco – Palau

Kenaz Kaniwete – Kiribati

Scott Fiti – Micronesië

Remigio Villarubia – Equatoriaal Guinea

Bovenstaande atleten doen natuurlijk op hun eigen manier mee aan de olympische spelen en ze vervullen achtergebleven landgenoten met trots wanneer ze de finish passeren. Maar het is toch wel een beetje gek dat er geen Nederlandse mannen en vrouwen aan de start staan? Zwemster Tes Schouten was dat ook al opgevallen en zij wilde van Tasa Jiya wel eens weten of zij er niet van baalt dat de eisen van het NOC-NSF zo strikt zijn. Is het niet eens tijd voor een gang naar de rechter, net als golfer Joost Luiten?

Jiya heeft met ons meegekeken naar de prachtige exotische namen hierboven en is blij dat er ook voor deze sporters kansen zijn: “Het is ontzettend belangrijk om ook in die landen aandacht voor sport te krijgen. Eén zo’n olympiër kan misschien wel een hele generatie aan het sporten krijgen. En als ik voor mezelf spreek: natuurlijk had ik de 100m wel willen lopen, maar ik heb geluk: ik mag de 4 x 100m estafette lopen en de 200m individueel. En ik heb er zin in!”

Jiya is natuurlijk onderdeel van dezelfde olympische atletiekploeg als Anouk Vetter. In het kader van onze roversvragen vroegen we haar wat ze nou graag zou willen weten van Vetter. Jiya: “Ik ben sowieso ontzettend onder de indruk van de meerkampers. Zo knap als je op al die onderdelen zo kunt presteren. Maar ik vraag me wel eens af of Anouk ook een onderdeel heeft waar ze onzeker over is. Misschien doordat het trainen wat minder gelukt is?”